Little Billy’s mother was always telling him exactly what he was allowed to do and what he was not allowed to do.
All the things he was allowed to do were boring. All the things he was not allowed to do were exciting.
One of the things he was NEVER NEVER allowed to do, the most exciting of them all, was to go out through the garden gate all by himself and explore the world beyond.
On this sunny summer afternoon, Little Billy was kneeling on a chair in the living room, gazing out through the window at the wonderful world beyond. His mother was in the kitchen doing the ironing and although the door was open she couldn’t see him.
Every now and again his mother would call out to him, saying, ‘Little Billy, what are you up to in there?’
And Little Billy would always call back and say, ‘I’m being good, Mummy.’
But Little Billy was awfully tired of being good.
Through the window, not so very far away, he could see the big black secret wood that was called The Forest of Sin. It was something he had always longed to explore.

© Penguin Random House Company / Puffin Books, 2018

Little Billy is een braaf jongetje. Hij doet alles wat zijn moeder zegt. Behalve op een zekere dag …
Omdat zijn moeder hem streng verboden heeft om de tuin in te gaan en daar achter die tuin het bos in te lopen, zou Billy dat wel eens willen: het bos, The Forest of Sin, verkennen. Volgens zijn moeder wonen daar wilde dieren die gevaarlijker zijn dan leeuwen of tijgers: Whangdoodles, Snozzwanglers, Vernicious Knids en … The Terrible Bloodsuckling Toothpluckling Stonechuckling Spittler.
Dus op een dag gaat Little Billy dat vreselijke bos in …
En daar ontmoet hij de Minpins: kleine wezentjes, niet grote dan een vinger. En die wezentjes zijn constant op de vlucht. Niet voor Whangdoodles, Snozzwanglers, Vernicious Knids of voor The Terrible Bloodsuckling Toothpluckling Stonechuckling Spittler, maar wel voor de Red-Hot-Smoke-Belching Gruncher ... En die is vast nog veel erger dan al die andere griezels …

ERK Niveau:

A2

Schrijver:

Roald Dahl

Jaar van uitgave:

1991

Aantal pagina's:

47

Tijd waarin het verhaal zich afspeelt:

Een fantasietijd

Plaats van handeling:

Een fantasiebos

Bijzonderheden:

Een kinderboek zonder afzonderlijke hoofdstukken, maar met veel tekeningen.
In het Nederlands heet het boek ‘De minpins’.

IS HET BOEK VOOR JOU INTERESSANT?

Het kinderboek ‘The Minpins’ is het laatste boek dat Roald Dahl schreef. Het is misschien iets minder spannend dan de vorige boeken, maar je zult als lezer nog altijd veel te genieten, te griezelen en te lachen vinden.

WAT MOET JE WETEN?

Voor het begrijpen van ‘The Minpins’ heb je geen specifieke kennis nodig. Wel moet je een grote fantasie hebben voor dit fantasy-verhaal.

DE TAAL

De woorden en de zinnen in ‘The Minpins’ zijn nergens echt moeilijk. Roald Dahl gebruikt vaak fantasiewoorden – zoals Whangdoodles, Snozzwanglers, Vernicious Knids of The Terrible Bloodsuckling Toothpluckling Stonechuckling Spittler. Maar voor de rest is zijn taal heel goed te begrijpen.
Dat komt voor een deel door de leuke tekeningen.

DE TAAL EN HET VERHAAL

De taal van ‘The Minpins’ is goed te begrijpen.
Het verhaal is een avontuur over een jongetje, kleine wezentjes en een monster. Er valt veel te lachen (door oudere lezers) en veel te griezelen (door jongere lezertjes).
Op basis van deze eigenschappen is ‘The Minpins’ een boek met een literair niveau A 2b en een taal-(ERK-)niveau A2.

Schrijfstijl:

‘The Minpins’ is heel leuk geschreven. Maar het is wel een verhaal zoals de fanatieke Roald-Dahl-lezers het wel zullen kennen: gekke monsters en rare wezentjes, dappere, maar ook wel bange kinderen, sprookjesachtige situaties.

Actie:

Het kinderboek ‘The Minpins’ is een verhaal met veel actie.

Tijd:

‘The Minpins’ speelt zich af in een fantasietijd.

Plaats:

De setting van ‘The Minpins’ is een sprookjesbos waar van alles en nog wat rondkruipt, -loopt, -rent en –klimt.

Verhaallijn:

Er is één belangrijke verhaallijn in ‘The Minpins’: zal het Little Billy lukken om de Minpins te helpen?

Verteller:

De roman ‘The Minpins’ heeft een alwetende verteller.

Hoofdkarakters:

De hoofdkarakters in ‘The Minpins’ zijn:
• Little Billy: een braaf, maar ook wel dapper jongetje;
• The Minpins: kleine wezentjes die in het bos wonen (zo groot als een vinger, ongeveer).

Bijfiguren:

De belangrijkste bijfiguren in ‘The Minpins’ zijn:
• Billy’s mother: een zorgzame, maar ook wel een beetje een bazige moeder;
• Don Mini: de leider van de Minpins;
• The Swan: een zwaan die Little Billy helpt in zijn strijd tegen de Red-Hot-Smoke-Belching Gruncher;
• The Red-Hot-Smoke-Belching Gruncher: het gevaarlijkste monster uit The Forest of Sin.

Website:

http://www.roalddahl.com/roald-dahl/stories/k-o/the-minpins 

Film:

Het kinderboek ‘The Minpins’ is niet verfilmd.

Overig:

Het laatste boek van Roald Dahl, ‘The Minpins’, kwam uit in 1991. De eerste versie, getiteld, ‘The Minpins’, werd geïllustreerd door Patrick Benson. Een tweede editie van het verhaal kwam uit in 2017. Deze versie, getiteld ‘Billy and the Minpins’, werd geïllustreerd door de vaste tekenaar van Roald Dahl, Quentin Blake.

Link naar pagina over auteur

-->Informatie over Roald Dahl.

Leessuggesties:

Als je dit een mooi boek vond, zou je ook kunnen lezen:
• Stuart Little van E.B. White
• The House at Pooh Corner van A.A. Milne
• Where the Wild Things Are van Maurice Sendak

Citaat:

And above all, watch with glittering eyes the whole world around you because the greatest secrets are always hidden in the most unlikely places. Those who don’t believe in magic will never find it. (p.23)

Vragen over het boek:

1. Voor welk dier is Little Billy het bangst? Hoe komt dat, denk je?
2. Waar wonen de Minpins precies?
3. Beschrijf de Red-Hot-Smoke-Belching Gruncher zo goed als je kunt.
4. Hoe helpt Little Billy de Minpins uiteindelijk?