As he toiled up the street from the river Tod could feel the big stone in his chest where his heart ought to be. It was heavy and hard and cold and it weighed him down.
Pushing his hands into the pockets of the old duffle coat which dragged almost to his ankles, he scowled into the early darkness. Fog rising from the river seemed to press gently at his back and all around him it was filling the hollows between the buildings, smothering the street lights, extinguishing the last gleam of the day. Half-way up Old Bridge Street he sidled into the doorway of a boarded-up shop and stood hunched against the wall watching the flow of people and traffic on the hill. It was nearly closing time and everyone was going home. Soon the streets in this half-demolished quarter of the city would be quiet and he would be able to set about Mort’s fishing. He yawned and as he drew in a deep breath of damp air there came with it the smell of something frying from the dingy Indian take-away on the corner. Tod’s mouth watered. He hadn’t eaten for hours. But he knew from experience that 'The Paradise Garden' was secure against begging, borrowing or stealing. Perhaps he should try the Market Hall. With any luck, the stall-holders would be too busy tidying up to notice him.

© Spindlewood / Puffin Books, 1993/1994.

De eenzame, getraumatiseerde Tod woont bij zijn vader Mort, een handelaar in oude rommel. Voor Mort moet Tod bedelen, stelen en handelen. Mort mishandelt hem en scheldt hem constant uit. Tod praat vrijwel nooit en hij weet niets van zijn verleden. Hij loopt uiteindelijk van huis weg, met op zijn schouder Mim, een pop die hij zelf gemaakt heeft. Met Mim kan hij zo nu en dan wat geld bij elkaar bedelen.
Op zijn reis merkt hij dat Mim hem in de loop van de tijd iets wil vertellen. Zij zingt regels uit liedjes, zij vertelt flarden van sprookjes en Tod krijgt het idee dat zij de sleutel kan zijn tot zijn onbekende verleden: vaag herinnert hij zich zo nu en dan iets van vroeger.
Maar mensen om hem heen jagen hem weg, wantrouwen hem en willen hem niet zien. Tod vertrouwt niemand. Hoewel: misschien is die vriendelijke ‘Legs’ te vertrouwen …

ERK Niveau:

B2

Schrijver:

Anne Merrick

Jaar van uitgave:

1993

Aantal pagina's:

193

Tijd waarin het verhaal zich afspeelt:

1990-2000

Plaats van handeling:

UK, meerdere plaatsen

Bijzonderheden:

De jeugdroman bestaat uit 4 delen (‘Mort’, ‘Mim’, ‘Legs’ en ‘Tod’) en uit 26 genummerde hoofdstukken.

IS HET BOEK VOOR JOU INTERESSANT?

De jeugdroman ‘Someone Came Knocking’ is een mysterieus boek over een getraumatiseerde jongen die bij een wrede vader woont. Over zijn verleden weet hij niets meer.
Langzamerhand kom je meer over deze Tod te weten en dat is de kracht van dit verhaal.

WAT MOET JE WETEN?

In ‘Someone Came Knocking’ trekt Tod door Groot-Brittannië, op zoek naar hij weet niet wat. Heel lang blijft het een mysterie, maar zijn pop Mim helpt Tod zo veel mogelijk om meer over zijn verleden te weten te komen en daarmee hem te helpen om zijn verleden te leren kennen.

DE TAAL

De woorden en de zinnen in ‘Someone Came Knocking’ zijn goed te lezen.
De alinea’s en de hoofdstukken zijn van een gemiddelde lengte, er zijn veel dialogen.

DE TAAL EN HET VERHAAL

Wat taal betreft is ‘Someone Came Knocking’ heel toegankelijk.
Het verhaal is dat ook. Maar het is heel mysterieus, vooral in het begin. Langzamerhand kom je iets meer over het verleden van Tod te weten.
Op basis van deze eigenschappen is ‘Someone Came Knocking’ een boek met een literair niveau B 3c en een taal-(ERK-)niveau B2.

Schrijfstijl:

‘Someone Came Knocking’ is heel spannend, maar ook heel raadselachtig geschreven. Heel lang heb je geen idee wie Tod, Mort, Mim en Legs zijn en je weet ook niet waarheen Tod op weg wil gaan.

Actie:

De jeugdroman ‘Someone Came Knocking’ bevat een verhaal met veel actie.

Tijd:

‘Someone Came Knocking’ speelt zich af in de jaren 1990-2000.

Plaats:

De setting van ‘Someone Came Knocking’ is meerdere plaatsen in het Verenigd Koninkrijk. Er wordt echter nooit een stad of dorp bij name genoemd.

Verhaallijn:

Er is één belangrijke verhaallijn in ‘Someone Came Knocking’: zal het Tod lukken om een eigen huis te vinden?

Verteller:

De jeugdroman ‘Someone Came Knocking’ heeft een alwetende verteller.

Hoofdkarakters:

De hoofdkarakters in ‘Someone Came Knocking’ zijn:
• Tod: een ongeveer 11-jarige jongen die bij zijn wrede vader woont. Hij krijgt nauwelijks eten, hij woont in een bouwval op een zolderkamertje en hij moet stelen en bedelen om geld te krijgen – dat hij later weer aan zijn vader moet afdragen. Tod weet niets over zijn moeder of over zijn verleden; maar langzamerhand worden bepaalde dingen bij hem duidelijk;
• Mort: een nare, gierige man, de eigenaar van een winkel waar oude troep verkocht wordt, ‘Mortimer’s Junk Shop’. Mort laat Tod vaak alleen. Als hij bij hem in de buurt is, mishandelt hij hem of scheldt hij hem uit – waarom is onduidelijk;
• Mim (echte naam: Mimosa): een pop die Tod gemaakt heeft. Wanneer hij op reis gaat neemt hij Mim overal mee naar toe. Heel speciaal is dat Mim hoe langer hoe meer begint te praten – vooral zingt en spreekt ze regels uit liedjes of vertelt ze een deel van een sprookje;
• ‘Legs’ (echte naam: Annabel): een jonge vrouw die de kinderen in een soort school begeleidt (zij is een onderwijzeres in opleiding). Annabel is lief en ondernemend en ze is de eerste die Tod probeert te helpen.

Bijfiguren:

De belangrijkste bijfiguren in ‘Someone Came Knocking’ zijn:
• Ged een boer die Tod op een dag eten en onderdak geeft;
• Nick: de piloot van een privévliegtuigje;
• Mr Vivian: een rijke man die arme kinderen een mooie week vóór de Kerst bezorgt – als dank voor het feit dat zijn ziekelijke dochter Maisie nog leeft;
• Toby, John, Jenny, Clare en Kevin: kinderen die een week vóór de Kerst in de school verblijven;
• Ferryman: de veerman die Tod niet wil overzetten;
• Nan Solway: een oude dame, een pianolerares die in een dorp in de bergen woont. Zij trouwde op jonge leeftijd met Edward Solway. Haar dochter Laura trouwde later met een zekere Thomas Thursday. Zowel haar man, als haar dochter en schoonzoon leven niet meer.

Website:

https://www.librarything.nl/work/3308556

Film:

De jeugdroman ‘Someone Came Knocking’ is niet verfilmd.

Overig:

‘Someone Came Knocking’ is de eerste jeugdroman van Ms Merrick.

Link naar pagina over auteur

-->Informatie over Anne Merrick.

Leessuggesties:

Als je dit een mooi boek vond, zou je ook kunnen lezen:
• The Water Babies van Charles Kingsley
• The House of Rats van Stephen Elboz
• Street Child van Berlie Doherty

Citaat:

‘I can’t remember the poem,’ he said. ‘Not that one …’
He smiled down at Nan and then dropping the apple into her lap he started to move away. Nan bit into the apple.
‘I shall call it,’ she said, ‘Someone Came Knocking.’ (p.193)

Vragen over het boek:

1. Wie is die Mort eigenlijk?
2. Beschrijf wat Mim voor Tod betekent.
3. Waarom is ‘Legs’ belangrijk voor Tod?
4. Hoe komt Tod op de plaats van zijn dromen terecht?