Het begin
He was only about two inches high; and he had a mouse's sharp nose, a mouse's tail, a mouse's whiskers, and the pleasant, shy manner of a mouse. Before he was many days old he was not only looking like a mouse but acting like one, too - wearing a gray hat and carrying a small cane. Mr. and Mrs. Little named him Stuart, and Mr. Little made him a tiny bed out of four clothespins and a cigarette box.
Unlike most babies, Stuart could walk as soon as he was born. When he was a week old he could climb lamps by shinnying up the cord.
Mrs. Little saw right away that the infant clothes she had provided were unsuitable, and she set to work and made him a fine little blue worsted suit with patch pockets in which he could keep his handkerchief, his money, and his keys. Every morning, before Stuart dressed, Mrs. Little went into his room and weighed him on a small scale which was really meant for weighing letters. At birth Stuart could have been sent by first class mail for three cents, but his parents preferred to keep him rather than send him away; and when, at the age of a month, he had gained only a third of an ounce, his mother was so worried she sent for the doctor.
The doctor was delighted with Stuart and said that it was very unusual for an American family to have a mouse. He took Stuart's temperature and found that it was 98.6, which is normal for a mouse.
© HarperCollins, 2001
^ Terug naar boven
Algemeen
Maar toch zoekt Stuart vaak het avontuur op en dat doet hij ook buitenshuis. Daarom vaart hij in een bootje op een vijver in Central Park en rijdt hij met een auto (een heel kleine auto) over de wegen rond New York; ook geeft hij les aan een grote klas vol drukke kinderen.
Maar de echte reis begint pas wanneer zijn beste vriendin, de vogel Margalo, wegvliegt. Stuart gaat op zoek naar Margalo. En die tocht voert hem naar plekken ver van New York.
^ Terug naar boven
Boekinformatie
ERK Niveau:
B1Schrijver:
E.B. WhiteJaar van uitgave:
1945Aantal pagina's:
131Tijd waarin het verhaal zich afspeelt:
Een fantasietijdPlaats van handeling:
USA, New York en een stadje in de buurt van New York CityBijzonderheden:
Een kinderboek in 15 getitelde hoofdstukken.In het Nederlands heette het boek ‘Tom Trikkelbout’ (vertaald door Godfried Bomans) en later 'Stuart Little: avonturen van een kleine, eigenwijze muis' (vertaald door Hans Heesen).
^ Terug naar boven
Het boek - onderwerp
IS HET BOEK VOOR JOU INTERESSANT?
Het kinderboek ‘Stuart Little’ is een heel beroemd verhaal over een avontuurlijke muis, een kind van een gewoon mensenechtpaar. Het verhaal is grappig, maar zo nu en dan ook wel moeilijk om te lezen. Het is één van de beroemdste kinderboeken uit de Verenigde Staten van de vorige eeuw.
WAT MOET JE WETEN?
Voor het begrijpen van ‘Stuart Little’ moet je het Engels goed beheersen. Het is wel een kinderboek, maar het is niet echt in kindertaal geschreven. Bovendien zit er veel ironie in – en dat maakt het verhaal lastig te begrijpen voor lezers die niet zo goed tussen de regels door kunnen lezen.
^ Terug naar boven
Het boek - Moeilijkheid
DE TAAL
De woorden en de zinnen in ‘Stuart Little’ zijn vaak nogal moeilijk. De alinea’s en de hoofdstukken zijn nooit lang en er zijn veel dialogen. Maar het probleem zou voor veel lezers de taal kunnen zijn: Mr. E.B. White gebruikt soms moeilijke woorden.
DE TAAL EN HET VERHAAL
De taal van ‘Stuart Little’ is niet eenvoudig; je moet een goede kennis van de Engelse taal hebben, wil je het verhaal kunnen begrijpen.
Maar dat verhaal is wel echt een kinderverhaal: een muis die allerlei avonturen beleeft, zowel in zijn eigen huis als ver daarbuiten.
Op basis van deze eigenschappen is ‘Stuart Little’ een boek met een literair niveau A 2d en een taal-(ERK-)niveau B1.
Schrijfstijl:
Het kinderboek ‘Stuart Little’ is heel grappig geschreven. De humor is meestal in de vorm van een milde soort ironie: Stuart begrijpt wel heel veel, maar sommige dingen snapt hij helemaal niet. En dat geldt soms ook voor een aantal andere karakters.
^ Terug naar boven
Het boek - het verhaal
Actie:
Het kinderboek ‘Stuart Little’ is een verhaal met veel actie. Zodra hij het aandurft, gaat Stuart op reis de wijde wereld in: op een boot in Central Park, in een klas met drukke leerlingen, met een autootje in de omgeving, op zoek naar een vogel (zijn vriend) en naar een afspraakje (met een mooi meisje).
Tijd:
‘Stuart Little’ speelt zich af in de jaren 1940-1950. Dat is te merken aan de beroepen en de dingen die worden beschreven. Maar uiteraard is het een fantasieverhaal – het is daarom een fantasietijd.
Het verhaal duurt in zijn totaliteit een jaar of zeven en het wordt chronologisch verteld.
Plaats:
De setting van ‘Stuart Little’ is de Verenigde Staten van Amerika. Een groot deel van het verhaal speelt in New York City, maar wanneer Stuart Little op reis gaat, komt hij terecht op het platteland en in het denkbeeldige stadje Ames’ Crossing.
Verhaallijn:
Er is één belangrijke verhaallijn in ‘Stuart Little’: zal het Stuart lukken te overleven als een muis in een mensensamenleving?
Verteller:
Het kinderboek ‘Stuart Little’ heeft een alwetende verteller. Deze vertelt het verhaal vooral vanuit het perspectief van de kleine muis Stuart Little.
^ Terug naar boven
Het boek - de karakters
Hoofdkarakters:
De hoofdkarakters in ‘Stuart Little’ zijn:
• Stuart Little: een muis. Hij is het kind van normale mensen, maar toch is het een echte muis. We volgen Stuart vanaf zijn geboorte tot aan ongeveer zijn zevende jaar;
• Mr. Frederick C. Little: de vader van Stuart;
• Mrs. Frederick C. Little: de moeder van Stuart;
• George: de oudere broer van Stuart;
• Snowbell: de poes van de familie Little. Hij is wel een echte kat – die soms achter vogels aan wil jagen – maar hij kan ook praten.
Bijfiguren:
De belangrijkste bijfiguren in ‘Stuart Little’ zijn:
• Dr. Paul Carey: een chirurg-tandarts, de eigenaar van een miniatuur zeilboot, de ‘Wasp’ geheten;
• LeRoy: een 12-jarig dik, vervelend jongetje dat een zeilbootje heeft, ‘Lilian B. Womrath’ geheten;
• Een politieman: hij probeert de rust in Central Park te bewaren;
• Margalo: een winterkoninkje (‘wren’), een vogeltje dat door de familie Little verzorgd wordt;
• The Angora Cat: een vriend van Snowbell;
• Edward Clydesdale: een patiënt van Dr. Carey;
• The Superintendent of Schools: een schoolinspecteur;
• Roy Hart, Elizabeth Gardner, Arthur Greenlaw, Lydia Lacey, Isidor Feinberg, Harrie Jamieson, Mary Bendix, Henry Rackmeyer, Albert Fernstrom, John Poldowski, Anthony Brendisi, Agnes Beretska, Milfred Hoffenstein, Herbert Prendergast, Katharine Stablefast, Elizabeth Acheson en Marilyn Roberts: leerlingen van de ‘Number Seven School’;
• The storekeeper: een winkelier in het stadje Ames’ Crossing;
• Harriet Ames: een klein mensje dat in Ames’ Crossing woont;
• A repairman: een technische man die telefoonlijnen repareert.
^ Terug naar boven
Het boek - verder
Film:
Het kinderboek ‘Stuart Little’ is meerdere malen verfilmd, niet alleen voor de bioscoop maar ook voor de TV. Bovendien werden er videogames naar aanleiding van het boek gemaakt.
Overig:
Mr. E.B. White werd heel bekend met twee kinderboeken: ‘Stuart Little’ (1945) en ‘Charlotte’s Web’ (1952). Beide boeken behoren al jarenlang tot de populairste boeken van de vorige eeuw en ze worden nog altijd veel gelezen.
^ Terug naar boven
Auteur en Werken
Link naar pagina over auteur
-->Informatie over E.B. White .^ Terug naar boven
Meer
Leessuggesties:
Als je dit een mooi boek vond, zou je ook kunnen lezen:
• James and the Giant Peach van Roald Dahl
• The Wind in the Willows van Kenneth Grahame
• The Wild Things van Dave Eggers
Citaat:
The thought of death made Stuart sad, and he began to think of his home and of his father and mother and brother and of Margalo and Snowbell and of how he loved them (all but Snowbell) and of what a pleasant place his home was, specially in the early morning with the light just coming in through the curtains and the household stirring and waking. The tears came into his eyes when he realized that he would never see them again. He was still sobbing when a small voice behind him whispered: ‘Stuart!’ (p.65)Vragen over het boek:
1. Hoe gaan Mr. en Mrs. Little om met hun bijzondere zoontje, Stuart?
2. Wat gebeurt er wanneer Stuart wil gaan varen in een vijver van Central Park?
3. Waarom vliegt Margalo eigenlijk weg (terwijl zij het juist zo goed had bij de familie Little)?
4. Heeft het verhaal een happy end? Waarom vind je dat?
^ Terug naar boven
Comments are closed.