5/5 - (1 stemmen)

The Stand

Niveau:
Genre: horror
Thema: survival

Getagd op:
Verkrijgbaar bij bol.com
var bol_sitebar_v2={"id":"bol_1690839216582", "baseUrl":"partner.bol.com","productId":"30384858","familyId":"30384858","siteId":"30874","target":true,"rating":true,"price":true,"deliveryDescription":true,"button":true,"linkName":"The%20Stand%2C%20Stephen%20King","linkSubId":""};

SNEL NAAR...





Het begin!

‘Sally.’
A mutter.
‘Wake up now, Sally.’
A louder mutter: leeme lone.
He shook her harder.
‘Wake up. You got to wake up!’
Charlie.
Charlie's voice. Calling her. For how long?
Sally swam up out of sleep.
First she glanced at the clock on the night table and saw it was quarter past two in the morning. Charlie shouldn't even be here; he should be on shift. Then she got her first good look at him and something leaped up inside her, some deadly intuition.
Her husband was deathly pale. His eyes started and bulged from their sockets. The car keys were in one hand. He was still using the other to shake her, although her eyes were open. It was as if he hadn't been able to register the fact that she was awake.
‘Charlie, what is it? What's wrong?’
He didn't seem to know what to say. His Adam's apple bobbed futilely but there was no sound in the small service bungalow but the ticking of the clock.
‘Is it a fire?’ she asked stupidly. It was the only thing she could think of which might have put him in such a state. She knew his parents had perished in a housefire.

© Penguin Group / Signet, 1978/1991.

^ Terug naar boven

Algemeen

Als er een zeer besmettelijk virus ontsnapt uit een geheim militair laboratorium, probeert de overheid dat stil te houden. Maar dat lukt van geen kant: een werknemer van de betreffende basis ontsnapt, hij infecteert zijn gezin en vele anderen om hem heen – en de epidemie is een feit. Binnen de kortste keren sterven miljoenen Amerikanen, geïnfecteerd door besmette bacteriën van zieke patiënten (die het vaak niet eens beseffen).
Een kleine groep mensen (zo’n 25.000 personen van de 300 miljoen Amerikanen) lijkt immuun te zijn voor het virus (dat eerst ‘Project Blue’ heet, maar dat al snel ‘Captain Trips’ wordt genoemd). Deze mensen trekken zich terug op het platteland van de staat Nebraska waar ze een nieuwe, hopelijk ideale samenleving proberen op te bouwen.
Maar helaas zijn het niet alleen ‘goede’ mensen die in leven zijn gebleven: het virus trof goeden en kwaden, maar het spaarde ook de goeden … en de kwaden. En die kwaden doen hun uiterste best om de leiding in de nieuwe Amerikaanse maatschappij te krijgen.


^ Terug naar boven

Boekinformatie

ERK Niveau:
B2

Schrijver:
Stephen King

Jaar van uitgave:
1978

Aantal pagina's:
1141

Tijd waarin het verhaal zich afspeelt:
1970-1990

Plaats van handeling:
USA, meerdere plaatsen

Bijzonderheden:
De roman bestaat uit 3 delen en uit 78 hoofdstukken, afgesloten door een epiloog.
In het Nederlands heet de roman ‘De beproeving’.


^ Terug naar boven

Het boek - onderwerp

IS HET BOEK VOOR JOU INTERESSANT?

De horrorroman ‘The Stand’ is een spannend en ook wel deprimerend verhaal over een zeer besmettelijk virus, een virus dat alles en iedereen lijkt te doden. Een angstaanjagend idee – maar zeker geen pure science fiction (sinds de vele wereldwijde epidemieën die de mensheid heeft getroffen).


WAT MOET JE WETEN?

Voor het waarderen van ‘The Stand’ moet je je eigen fantasie gebruiken – hoewel het uitbreken van een besmettelijk virus zeker reëel is. Na de plaag die miljoenen mensen doodt, begint een tweede plot in het verhaal: hoe overleeft de resterende mensheid deze ramp? En die plot is zeker zo interessant als die van de alles dodende bacterie. Hoe komen de mensen aan eten, aan onderdak, aan veiligheid? En, zoals vaker bij Stephen King, welke ruimte krijgen de bad guys om het heft in eigen hand te nemen?




^ Terug naar boven

Het boek - Moeilijkheid

DE TAAL

De woorden en de zinnen in ‘The Stand’ zijn pittig, maar voor iemand die gewend is aan het lezen van gewone Engelstalige teksten (Internet-artikelen, boeken, kranten) is de taal geen enkel probleem.
De woorden zijn soms plat en expliciet. Soms zijn de alinea’s lang en wordt er veel uitgelegd; dat kan lastig zijn voor sommige lezers.
De alinea’s en de hoofdstukken zijn van een gemiddelde lengte en er zijn veel dialogen.


DE TAAL EN HET VERHAAL

Wat taal betreft is ‘The Stand’ goed te begrijpen.
Het verhaal is dat ook – hoewel het regelmatig zeer schokkend is. Een snel om zich heen grijpend virus is spectaculair, maar zeker niet langer denkbeeldig (sinds uitbraken van de pest, de Spaanse en Mexicaanse griep, Sars, Ebola, het Coronavirus, en vele andere besmettelijke ziekten).
Behalve over de besmetting en verspreiding van ziekten gaat het verhaal vooral over overleven – een nieuw leven opbouwen, zowel politiek als godsdienstig of filosofisch.
Op basis van deze eigenschappen is ‘The Stand’ een boek met een literair niveau C 5a en een taal-(ERK-)niveau B2.


Schrijfstijl:

‘The Stand’ is heel spannend geschreven. Wel moet je erop zijn voorbereid dat het verhaal op veel verschillende plaatsen begint: pas langzaamaan komen de hoofdkarakters bij elkaar – personen die immuun zijn voor het virus.



^ Terug naar boven

Het boek - het verhaal

Actie:

De horrorroman ‘The Stand’ is een verhaal met zeer veel actie. Veel gebeurtenissen worden expliciet beschreven, vooral wanneer het om geweldsdaden gaat.


Tijd:

‘The Stand’ speelt zich af in de jaren 1970-1990. Het verhaal kwam – in een verkorte versie – uit in 1978 (en ging toen over dat decennium). Meer dan twaalf jaar later kwam het opnieuw uit, maar nu in de onverkorte versie – die liet Stephen King afspelen in 1990.


Plaats:

De setting van ‘The Stand’ is meerdere staten en plaatsen in de USA: Californië, Texas, Maine, New York, Illinois, Arizona, Kansas, Oklahoma, Nebraska, Las Vegas (Nevada), Boulder (Colorado).


Verhaallijn:

Er is één belangrijke verhaallijn in ‘The Stand’: zullen de weinig overlevenden van de besmettelijke ziekte erin slagen een nieuwe, gezonde maatschappij op te bouwen?


Verteller:

De roman ‘The Stand’ heeft een auctoriale verteller.




^ Terug naar boven

Het boek - de karakters

Hoofdkarakters:

De hoofdkarakters in ‘The Stand’ zijn:
• Stuart (‘Stu’) Redman: een jonge man uit Arnette, Texas. Na de dood van zijn ouders heeft hij hard gewerkt om zijn broertje en zichzelf in leven te houden. Later, na de dood van zijn vrouw woonde hij een aantal jaren alleen. Als blijkt dat hij immuun is voor het virus wordt hij door overheidspersoneel van Texas naar Georgia en later naar de staat Vermont gebracht;
• Frannie Goldsmith: een 21-jarige meid uit Ogunquit, Maine. Zij weet sinds kort dat ze zwanger is van haar vriend Jess, een student met wie ze niet wil trouwen;
• Larry Underwood: een jonge muzikant en tekstschrijver uit New York City. Hij heeft een tijdje in Los Angeles gewoond waar één van zijn songs succes had – en later zelfs een landelijke hit werd. Omdat Larry snel zijn verdiensten er doorheen joeg, keerde hij terug naar zijn moeder in New York. Larry is een man die tot nu toe in zijn leven zichzelf altijd als de belangrijkste persoon heeft gezien – vrienden en kennissen (en zijn moeder) kwamen altijd op de tweede plaats;
• Nick Andros: een 22-jarige doofstomme jongen. Als weeskind ging hij van instelling naar instelling. Hij werd geboren in Nebraska, maar na jarenlange omzwervingen bevindt hij zich bij de uitbraak van het virus in een dorpje in de staat Arkansas;
• Harold Lauder: een 16-jarige, nogal dikke jongen uit Ogunquit, Maine, een beetje een arrogante vent. Als kind en als middelbare scholier werd hij veel gepest. Harold is de broer van een vriendin van Frannie (en hij is verliefd op Frannie). Hij is heel slim, maar vaak is hij ook een betweter – bovendien is hij achterdochtig en jaloers;
• Mother Abagail (‘Abby’) Freemantle: een 108-jarige, Afro-Amerikaanse dame die al haar hele leven op het platteland van Nebraska woont. Ze trouwde drie maal en kreeg veel (ach-ter)(klein)kinderen. Mother Abagail is een aardige, zeer gelovige, gitaar spelende dame – die bovendien over zeer speciale gaven beschikt;
• Tom Cullen: een zwakbegaafde, zeer positieve jongen uit Oklahoma. Alleen zou hij ten dode opgeschreven zijn, maar tijdens de uitbraak van het virus wordt hij opgevangen door Nick Andros;
• Glen Bateman, een oud-leraar en amateurschilder en zijn hond Kojak. Glen voelt weinig voor een reis naar het westen, maar zijn wijsheden worden door zijn jongere kennissen en nieuwe vrienden erg op prijs gesteld;
• Ralph Brentner: een man die met een truck naar het westen rijdt. Ralph is een rustige man, die al snel de vertrouweling (en tevens woordvoerder) van Nick Andros wordt;
• Randall Flagg (‘The Dark Man’, ‘The Walking Dude’, ‘The Boogeyman’, ‘Richard Frye’, ‘The Adversary’, Robert Freemont, Richard Freemantle): een mysterieuze man, de vertegenwoordiger van het Kwaad. Oorspronkelijk komt hij (waarschijnlijk) uit Nebraska, maar hij verschijnt in meerdere gedaanten (en onder veel verschillende namen) op heel veel plaatsen in de USA (soms gelijktijdig). Het lijkt erop dat hij op afstand spioneert, soms in de gedaante van een wezel, een kraai of een wolf (of soms zelfs als een oog – ‘The Eye’);
• Nadine Cross: een onderwijzeres uit Maine. Nadine is een knappe, mysterieuze vrouw die nog nooit een relatie heeft gehad;
• Lloyd Henreid: een kleine crimineel uit Arizona. Hij wordt meegelokt in het kwaad; als hij later in de gevangenis belandt, komt hij volledig onder invloed van The Dark Man;
• ‘The Trashcan Man’ (Donald Elbert): een zwakbegaafde pyromaan, die in de buurt van de stad Gary, Illinois, woont. Het feit dat hij grote branden veroorzaakt, geeft hem een zekere status in het dorp (in ieder geval voor hem zelf). In zijn dorp werd hij zijn hele leven gepest – pas bij The Dark Man zal hij een soort thuis kunnen vinden..


Bijfiguren:

De belangrijkste bijfiguren in ‘The Stand’ zijn:
• Op een geheime militaire basis in California: Charlie (een werknemer) en zijn vrouw Sally en dochtertje Baby LaVon Campion, Bill Starkey (directeur), Len Creighton (assistent);
• In Arnette, Texas: Norman en Lila Bruett, Tommy Wannamaker, Henry Carmichael, Victor Palfrey, Bill (‘Hap’) Hapscomb (eigenaar van een pompstation), Joe Bob (police officer), Carlos Ortega (ambulance chauffeur);
• In Ogunquit, Maine: Jess Rider (een student, de vriend van Frannie), de ouders van Frannie, Peter Goldsmith (een 64-jarige automonteur) en Carla Goldsmith (zijn vrij onvriendelijke vrouw);
• In New York City: Mrs. Alice Underwood (de moeder van Larry), Rita Blakemoor (een dame die Larry ontmoet);
• In Atlanta, Georgia (in het hospitaal): Dr. Denninger, Patty Greer (verpleegster), Colonel Dick Deitz;
• In Shoyo, Arkansas: Sheriff John Baker (hoofd van de plaatselijke politie), Ray Booth, Vince Hogan, Billy Warner, Mike Childress (kleine criminelen), Jane Baker (de vrouw van de sheriff), Dr. Ambrose Soames (huisarts);
• In Arizona: Andrew ‘Poke’ Freeman: een trigger-happy crimineel, Andy Devins (de advocaat van Lloyd);
• In Vermont (in het militaire hospitaal): Dr. Elder, male nurse Vic;
• In Boulder, Colorado: Christopher (‘Kit’) Bradenton, een kennis van Randall Flagg;
• Onderweg naar het westen: (Kansas): Julie Lawry, een wereldvreemd, zwaar opgemaakt meisje, (Maine): ‘Joe’ (Leo Rockway), een jongen die door Nadine Cross wordt geholpen, Lucy Swann, Gina, Dick Ellis, June Brinkmeyer, Mark Braddock en zijn vriendin Perion McCarthy, de ex-slavinnen Dayna Jurgens, Susan Stern, Patty Kroger, Shirley Hammet;
• The Kid: een reisgenoot van The Trashcan Man, een alcoholische, roekeloze dwaas uit Louisiana, die in een oude Ford 1932 rijdt;
• In Boulder (Colorado): Judge Farris, Dick Vollman, Mark Zellman, Brad Kitchner, Norman Kellogg, Charlie Impening, Rich Moffat, Chad Norris, Stan Nogotny, Teddy Weizak, George Richardson, Al Bundell, Laurie Constable, Dick Ellis, Bill Scanlon, Ted Frampton, Sheldon Jones, Jack Jackson, Dan Lathrop;
• In Las Vegas (Nevada) en omgeving (in het rijk van Randall Flagg): Ken DeMott, Whitney Horgan (kok), Hector Drogan, Ace High, Roy Hoopes, Winky Winks, Bobby Terry, Dave Roberts, Jenny Engstrom, Daniel (‘Dinny’) McCarthy, Angie Hirschfield, Carl Hough, Shirley Dunbar, Paul Burlson, Barry Dorgan.





^ Terug naar boven

Het boek - verder


Film:

‘The Stand’ is twee maal als TV-serie verfilmd.


Overig:

De oorspronkelijke versie van ‘The Stand’ was meer dan 1100 pagina’s. Omdat de uitgever dit manuscript in 1978 niet durfde uitgeven (Stephen King was toen minder bekend dan hij later zou worden), schrapte Mr. King zo’n 500 pagina’s. Later, toen hij beroemd was – zoals in 1991 – kwam de onverkorte versie alsnog uit.
De roman heeft verwijzingen naar The Lord of the Rings (niet alleen de reis, ‘the quest’, maar ook The Eye, het allesziende Boze Oog), naar Watership Down en naar Stephen King’s eigen The Shining (Mother Abagail noemt de ‘zieners’ onder de reisgenoten, zoals Nick, zo).



^ Terug naar boven

Auteur en Werken

Link naar pagina over auteur
-->Informatie over Stephen King.

Auteur:

Werken:


^ Terug naar boven

Meer

Leessuggesties:

Als je dit een mooi boek vond, zou je ook kunnen lezen:
The War of the Worlds van H.G. Wells
The Day of the Triffids van John Wyndham
The Taking van Dean Koontz


Citaat:
A strange clocking sound, like rundown boot heels hammering swiftly along the secondary road macadam.
‘No,’ Bobby Terry whispered.
He began to turn around.
The clocking sound was speeding up. A fast walk, a trot, a jog, run, sprint, and Bobby Terry got all the way around, too late, he was coming, Flagg was coming like some terrible horror monster out of the scariest picture ever made. The dark man’s cheeks were flushed with jolly color, his eyes were twinkling with happy good fellowship, and a great hungry ferocious grin stretched his lips over huge tombstone teeth, shark teeth, and his hands were held out in front of him, and there were shiny black crowfeathers fluttering from his hair.
No, Bobby Terry tried to say, but nothing came out.
‘HEY, BOBBY TERRY, YOU SCROOOOWED IT UP!’ the dark man bellowed, and fell upon the hapless Bobby Terry. (pp. 929-930)

Vragen over het boek:

In ‘The Stand’ spelen ‘losers’ een belangrijke rol – zoals vaker in verhalen en romans van Mr. King. Geef aan in welk opzicht (of in welke opzichten) de onderstaande karakters in eerste instantie een ‘loser’ lijken zijn – en hoe zij toch erin slagen om een succes van hun leven te maken:
1. Stu Redman;
2. Frannie Goldsmith;
3. Larry Underwood;
4. Nick Andros.




^ Terug naar boven

Comments are closed.