De jeugdboekenschrijver Paul Zindel vertelt waar hij zijn originele verhalen vandaan heeft gehaald: ze komen allemaal uit zijn eigen leven …
Als James met zijn kat Bob en zijn vriendin Belle eindelijk eens echt Kerstmis wil vieren, merkt hij dat hij opnieuw te weinig geld heeft om het gezellig te maken. Het gas en de elektriciteit zijn niet betaald en voor het kerstmaal blijft er ook maar heel weinig over.
In ‘Going Solo’ lezen we over een aantal jaren uit het leven van Roald Dahl. Het zijn maar drie jaren, maar ze waren wel heel spectaculair en ze hadden een grote invloed op het latere schrijfwerk van de wereldberoemde Roald (wonen in Afrika, vliegen als piloot in de Tweede Wereldoorlog).
Roald Dahl is één van de meest fantasierijke schrijvers van de twintigste eeuw. Dat komt voor een deel door de belevenissen in zijn jeugd. Daarover vertelt hij in het boek over het eerste deel van zijn leven: ‘Boy’.
Als de negentienjarige Frank in New York City aankomt, verwacht hij dat er onderdak, werk en geluk op hem wacht. Maar dat is niet het geval: hij kan een armzalig deel van een gang huren, hij mag toiletpotten schoonmaken in hotels voor weinig geld en de meiden zitten ook niet te wachten op een arme sloeber met een oogziekte en slechte tanden.
Kimberly emigreert met haar moeder van Hong Kong naar New York na de dood van haar vader. Daar zorgt haar tante voor werk en huisvesting: illegaal werken in een kledingatelier en illegaal wonen in een onbewoonbaar verklaard flatgebouw. Maar Kimberly wil graag naar de universiteit.
'Report from the Interior' is een autobiografisch boek van de Amerikaanse schrijver Paul Auster, die hierin vertelt over zijn jeugd: van zijn vijfde tot ongeveer zijn vijfentwintigste levensjaar.
Hank Chinaski is een luiwammes, een dronkenlap die liever niet werkt maar toch wel iets moet doen om aan geld voor zijn drank te komen. Zijn relaties zijn meestal vrouwen die ook alleen maar in drank geïnteresseerd zijn. En dan krijgt Chinaski een baan. En wat voor één: hij wordt hulppostbode.