I looked at my notes and I didn’t like them. I’d spent three days at US Robots and might as well have spent them at home with the ‘Encyclopedia Tellurica'.
Susan Calvin had been born in the year 1982, they said, which made her seventy-five now. Everyone knew that. Appropriately enough, US Robot and Mechanical Men, Inc. was seventy-five also, since it had been in the year of Dr. Calvin’s birth that Lawrence Robertson had first taken out incorporation papers for what eventually became the strangest industrial giant in man’s history. Well, everyone knew that, too. At the age of twenty, Susan Calvin had been part of the particular Psycho-Math seminar at which Dr. Alfred Lanning of US Robots had demonstrated the first mobile robot to be equipped with a voice. It was a large, clumsy unbeautiful robot, smelling of machine-oil and destined for the projected mines on Mercury. But it could speak and make sense. Susan said nothing at that seminar; took no part in the hectic discussion period that followed. She was a frosty girl, plain and colorless, who protected herself against a world she disliked by a mask-like expression and a hypertrophy of intellect. But as she watched and listened, she felt the stirrings of a cold enthusiasm.
She obtained her bachelor’s degree at Columbia in 2003 and began graduate work in cybernetics.

© HarperCollins, 2013

De roman bestaat uit 9 min of meer losstaande verhalen over robots:
0. ‘Introduction’ (5 pp.): de verteller interviewt een bejaarde wetenschapper die vertelt over haar werk met robots;
1. ‘Robbie’ (26 pp.): een meisje heeft een robot die ze nooit zou willen missen;
2. ‘Runaround’ (24 pp.): op een planeet proberen twee technici een dronken robot weer aan het werk te krijgen;
3. ‘Reason’ (24 pp.): twee technici krijgen te maken met een opstandige robot;
4. ‘Catch That Rabbit’ (26 pp.): twee technici krijgen te maken met een robot die andere robots niet goed aanstuurt;
5. ‘Liar!’ (23 pp.): een superrobot slaagt erin alle mensen in zijn omgeving gunstig te stemmen;
6. ‘Little Lost Robot’ (35 pp.): een superrobot verbergt zich tussen de andere robots;
7. ‘Escape’ (30 pp.): twee technici worden door een robot het zonnestelsel uitgestuurd;
8. ‘Evidence’ (32 pp.): een aardige, slimme man wil burgemeester worden. Maar is hij wel een man of is het een robot …?
9. ‘The Evitable Conflict’ (32 pp.): machines besturen de wereld. Maar ze doen dat zonder de mensen kwaad te willen doen.

ERK Niveau:

C1

Schrijver:

Isaac Asimov

Jaar van uitgave:

1950

Aantal pagina's:

260

Tijd waarin het verhaal zich afspeelt:

de toekomst

Plaats van handeling:

Het heelal en de aarde, planeten en asteroïden

Bijzonderheden:

Een roman met 9 min of meer losstaande verhalen.
In het Nederlands heet het boek ‘Ik, robot’.

IS HET BOEK VOOR JOU INTERESSANT?

Voor de liefhebbers van science fiction is ‘I, Robot’ verplichte kost. Isaac Asimov wordt al jarenlang beschouwd als één van de belangrijkste SF-schrijvers. Zijn roem nam in de loop der jaren wel enigszins af. Dat kwam enerzijds door de verminderde aandacht voor het genre science fiction, maar waarschijnlijk ook door de wetenschappelijke manier waarop Asimov zijn verhalen vertelde. Die waren toentertijd zeer origineel en vernieuwend, terwijl ze tegenwoordig soms gedateerd aan doen. De SF-schrijvers die meer schrijven over morele dilemma’s (zoals Arthur C. Clarke, Ray Bradbury en John Wyndham) zijn nog altijd zeer geliefd, terwijl Mr. Asimov een beetje naar de achtergrond is verdwenen. Ondanks zijn enorme productie.

WAT MOET JE WETEN?

Het boek ‘I, Robot’ is een roman met in de hoofdrol mensen in contact met robots. Maar het is tevens een verzameling verhalen, short stories. Dit is gedaan om duidelijk te maken hoe robots in de loop der jaren veranderden en hoe de relatie van mensen met hun robots ook een verandering doormaakte.

DE TAAL

De woorden en de zinnen in ‘I, Robot’ zijn pittig. Er zijn veel technische alinea’s waarin het een en ander over robots wordt uitgelegd. De dialogen zijn gemakkelijker te lezen, maar de karakters zijn vaak nogal vlak: het gaat in alle verhalen om technische ontwikkelingen die met robots te maken hebben.

DE TAAL EN HET VERHAAL

De taal van ‘I, Robot’ is vaak nogal moeilijk.
Het verhaal is dat soms ook. Het zijn eigenlijk negen verschillende verhalen. Maar al deze verhalen hebben een gemeenschappelijk onderwerp: de perfectionering van de robot. In veel verhalen komen dezelfde karakters terug: Ms Susan Calvin en de technici Gregory Powell en Mike Donovan. De verhalen zetten je vaak aan het denken: niet alleen over technische ontwikkelingen van nu en vroeger, maar ook over sociale, religieuze en politieke consequenties van de toenemende macht van robots.
Op basis van deze eigenschappen is ‘I, Robot’ een boek met een literair niveau C 5d en een taal-(ERK-)niveau C1.

Schrijfstijl:

Het boek ‘I, Robot’ is een soort roman. Maar het is ook een verzameling short stories. Je zou het ook kunnen omschrijven als een raamvertelling, een verhaal-in-een-verhaal. Het boek begint met een verteller die een wetenschapper (en robotontwerper) interviewt. Deze Susan Calvin is al 75 jaar oud en ze heeft in haar carrière als robotpsychologe al veel meegemaakt met robots (en mensen). Aan het eind van de introductie begint het eerste verhaal. Als dat geëindigd is, komt Susan regelmatig terug om het volgende verhaal te introduceren. Zij speelt verder in veel verhalen een rol: een bijrol of een hoofdrol.

Actie:

De roman ‘I, Robot’ is een verhaal met redelijk veel actie. Die actie is voornamelijk de interactie tussen mensen en robots.

Tijd:

‘I, Robot’ speelt zich af in de jaren 1998-2052, afhankelijk van het verhaal.
De verhalen worden chronologisch verteld: het eerste verhaal begint in 1998, het tweede gaat over 2015 – en zo verder. Tot aan het jaar 2052.

Plaats:

De setting van ‘I, Robot’ is voornamelijk de ruimte. Daar werken mensen en robots samen aan zeer uiteenlopende zaken. Verhalen zijn gesitueerd op de aarde en op meerdere asteroïden en planeten.

Verhaallijn:

Er is één belangrijke verhaallijn in ‘I, Robot’: hoe is de interactie tussen mensen en robots door de jaren heen?

Verteller:

De roman ‘I, Robot’ heeft een auctoriale en een ik-verteller. De ik-verteller is de wetenschapper-robotmaker Susan Calvin. In de ‘Introduction’ en vaak aan het eind van een verhaal spreekt zij over haar werk met robots. Elk verhaal heeft vervolgens een auctoriale verteller. In de verhalen speelt Ms. Calvin overigens vaak ook een belangrijke rol.

Hoofdkarakters:

De hoofdkarakters in ‘I, Robot’ zijn:
• ‘Introduction’: de verteller en een 75-jarige wetenschapper, Susan Calvin;
• ‘Robbie’: Gloria, een meisje van 8 jaar oud en haar robot, Robbie;
• ‘Runaround’: twee technici, Gregory Powell en Mike Donovan;
• ‘Reason’: twee technici, Gregory Powell en Mike Donovan;
• ‘Catch That Rabbit’: twee technici, Gregory Powell en Mike Donovan;
• ‘Liar!’: Susan Calvin, een robotpsychologe;
• ‘Little Lost Robot’: Susan Calvin, een robotpsychologe;
• ‘Escape’: twee technici, Gregory Powell en Mike Donovan;
• ‘Evidence’: officier van justitie Stephen Byerley;
• ‘The Evitable Conflict’: Susan Calvin, een robotpsychologe en Coördinator Stephen Byerley.

Bijfiguren:

De belangrijkste bijfiguren in ‘I, Robot’ zijn:
• ‘Introduction’: geen;
• ‘Robbie’: de ouders van Gloria, George en Mrs. Weston;
• ‘Runaround’: Robot Speedy (SPD-13) en een paar oudere robots;
• ‘Reason’: Robot Cutie (QT-1) en een groep minder intelligente robots;
• ‘Catch That Rabbit’: Robot Dave (DV-5) en een aantal minder intelligente robots;
• ‘Liar!’: de directeur van US Robot & Mechanical Men Corporation Alfred Lanning, wiskundige Peter Bogert, junior medewerker Milton Ashe en superrobot Herbie (RB-34);
• ‘Little Lost Robot’: de directeur van US Robot & Mechanical Men Corporation, Peter Bogert, general-major Kallner en een superrobot;
• ‘Escape’: Susan Calvin, een robotpsychologe en andere medewerkers van US Robot & Mechanical Men Corporation;
• ‘Evidence’: de politicus Francis Quinn, de invalide John, de huishoudster Mrs. Hoppen en de beambte Harroway;
• ‘The Evitable Conflict’: vice-coördinatoren Tsjng Hso-lin, Lincoln Ngoma, Mrs. Szegeczowska en Hiram Mackenzie.

Website:

https://www.ttu.ee/public/m/mart-murdvee/Techno-Psy/Isaac_Asimov_-_I_Robot.pdf 

Film:

Er zijn meerdere verfilmingen van ‘I, Robot’ gemaakt, zowel voor de TV als voor de bioscoop. De bekendste is waarschijnlijk de versie uit 2004, met Will Smith in de hoofdrol.

Overig:

In 1977 bracht The Alan Parsons Project een album uit met de titel ‘I, Robot’. De songs waren (uiteraard) gebaseerd op de roman/verhalenbundel ‘I, Robot’ van Isaac Asimov.

Link naar pagina over auteur

-->Informatie over Isaac Asimov.

Leessuggesties:

Als je dit een mooi boek vond, zou je ook kunnen lezen:
• The Outward Urge van John Wyndham
• The Other Side of the Sky van Arthur C. Clarke
• The Hitchhiker’s Guide to the Galaxy van Douglas Adams

Citaat:

The face of Stephen Byerley is not an easy one to describe. He was forty by birth certificate and forty by appearance – but it was a healthy, well-nourished good-natured appearance of forty; one that automatically drew the teeth of the bromide about ‘looking one’s age.’
This was particularly true when he laughed, and he was laughing now. It came loudly and continuously, died away for a bit, then began again –
And Alfred Lanning’s face contracted into a rigidly bitter monument of disapproval. He made a half gesture to the woman who sat beside him, but her thin, bloodless lips merely pursed themselves a trifle. Byerley gasped himself a stage nearer normality. ‘Really, Dr. Lanning ... really – I ... I ... a robot?’ (p.200)

Vragen over het boek:

Leg uit waar de volgende verhalen over gaan:
1. ‘Runaround’
2. ‘Catch That Rabbit’
3. ‘Little Lost Robot’
4. ‘Evidence’