2/5 - (1 stemmen)

Sermo Lupi ad Anglos

Niveau:
Genre: poetry
Thema: Old English

Getagd op:
Verkrijgbaar bij bol.com
var bol_sitebar_v2={"id":"bol_1693050392122", "baseUrl":"partner.bol.com","productId":"1001004002823044","familyId":"","siteId":"30874","target":true,"rating":true,"price":true,"deliveryDescription":true,"button":true,"linkName":"Exeter%20Medieval%20Texts%20and%20Studies-%20Sermo%20Lupi%20...","linkSubId":""};

SNEL NAAR...





Het begin!

Sermo Lupi ad Anglos, quando Dani maxime persecuti sunt eos quod fuit anno millesimo XIIII ab incarnatione domini nostri Iesu Cristi:
Leofan men gecnawað þæt soð is: ðeos worolde is on ofste & hit nealæcð þam ende. & þy hit is on worolde aa swa leng swa wyrse, & swa hit sceal nyde for folces synnan fram dæge to dæge, ær antecristes tocyme, yfelian swyþe.
& huru hit wyrð þænne egeslic & grimlic wide on worolde. Understandað eac georne þæt deofol þas þeode nu fela geara dwelode to swyþe, & þæt lytle getreowþa wæran mid mannum, þeah hy wel spræcan.
& unrihta to fela ricsode on lande, & næs a fela manna þe smeade ymbe þa bote swa georne swa man scolde, ac dæghwamlice man ihte yfel æfter oðrum, & unriht rærde & unlaga manege ealles to wide gynd ealle þas þeode.

The sermon of the Wolf to the English, when the Danes were greatly persecuting them, which was in the year 1014 after the Incarnation of our Lord Jesus Christ:
Beloved men, know that which is true: this world is in haste and it nears the end. And therefore things in this world go ever the longer the worse, and so it must needs be that things quickly worsen, on account of people’s sinning from day to day, before the coming of Antichrist.
And indeed it will then be awful and grim widely throughout the world. Understand also well that the Devil has now led this nation astray for very many years, and that little loyalty has remained among men, though they spoke well.
And too many crimes reigned in the land, and there were never many of men who deliberated about the remedy as eagerly as one should, but daily they piled one evil upon another, and committed injustices and many violations of law all too widely throughout this entire land.

© Macmillan and Co & Co Ltd, 1939

^ Terug naar boven

Algemeen

De Angelen en Saksen wonen al sinds ongeveer het jaar 400 in het Britse eilandenrijk. Ze wonen er samen met Juten, Belgen en Friezen en met de oudere volkeren die ze naar de uithoeken van het rijk verdreven hebben (zoals de Britten en de Kelten). Ze spreken Germaanse talen die op elkaar lijken en ze hebben het christendom als belangrijkste godsdienst omarmd.
Maar dan, zo rond het jaar 600, vallen de eerste Scandinaviërs het rijk binnen. Ze worden ‘Vikingen’ genoemd; het zijn Noren, Zweden en vooral Denen. Zij landen op de kusten, doden de Engelse mannen en stelen vrouwen, kinderen, vee en kostbaarheden. Soms blijven ze maar even, maar vanaf het jaar 900 ongeveer zijn er veel Vikingen die heel lang – soms hun verdere leven – in Groot-Brittannië blijven. De slecht georganiseerde Engelsen hebben niet echt een antwoord op deze goed geoliede vechtmachine.
Maar de aartsbisschop Wulfstan denkt daar anders over. Hij leeft rond het jaar 1000. Het is niet alleen een rampjaar, het zou ook wel eens het einde van de wereld kunnen zijn: 1000 klinkt alsof de wereld lang genoeg bestaan heeft … Bovendien vindt Wulfstan dat de Engelsen zich al jarenlang niet aan Gods geboden houden: ze doen maar wat en wat ze doen is zeker niet christelijk. Vandaar dat ‘de gesel Gods’ telkens het land binnenvalt …


^ Terug naar boven

Boekinformatie

ERK Niveau:
C2

Schrijver:
Anonymous

Jaar van uitgave:
1014

Aantal pagina's:
20

Tijd waarin het verhaal zich afspeelt:
1000-1100

Plaats van handeling:
Groot-Brittannië

Bijzonderheden:
Een Oud Engelse prozatekst van 211 regels


^ Terug naar boven

Het boek - onderwerp

IS HET BOEK VOOR JOU INTERESSANT?

‘Sermo Lupi ad Anglos’ is een Oud Engelse prozatekst. Het is een preek van een (aarts)bisschop, Wulstan. Maar deze preek is geen gewone preek: het is een donderpreek. Wulfstan verwijt het (Engelse) volk dat ze zich niet hebben gehouden aan de christelijke wetten en niet leven volgens de Bijbel. Als straf daarvoor komen de barbaarse Vikingen, die hen bestelen, doden, of als slaaf wegvoeren.
Je moet houden van teksten die gaan over geloof en over geschiedenis; ‘Sermo Lupi’ is een belangrijke historische tekst.
Je zult de taal – Oud Engels – moeten leren om (de literaire waarde van) deze prozatekst op waarde te kunnen schatten. Maar uiteraard kun je altijd een moderne versie van de preek lezen; die zijn er in meerdere vertalingen. Het maakt iets duidelijk van de positie van de oprukkende Vikingen en de terugtrekkende Angelen en Saksen.


WAT MOET JE WETEN?

Voor het kunnen lezen van ‘Sermo Lupi ad Anglos’ zou je eigenlijk Oud Engels moeten kunnen lezen. En dat is een studie waarbij gebruik wordt gemaakt van Latijn en Gotisch: Oud Engels is een – zeker voor Engelsen – vrij onbegrijpelijke taal, met zeer veel vervoegingen, naamvallen en talloze onregelmatige werkwoorden.
Bijvoorbeeld: ‘geweorδan’ lijkt meer op het Nederlandse woord ‘(ge)worden’ (wat het betekent) dan op ‘become’, ‘sceanlīc’ lijkt meer op ‘schandelijk’ (wat het betekent) dan op ‘shameful’.




^ Terug naar boven

Het boek - Moeilijkheid

DE TAAL

De woorden en de zinnen in ‘Sermo Lupi ad Anglos’ zijn zeer moeilijk, zo niet onbegrijpelijk, zelfs voor de kenner van de Engelse taal. Je hebt een woordenboek, een compendium, een ‘glossary’ en/of een ‘Old English primer’ nodig om iets van deze prozatekst te begrijpen.


DE TAAL EN HET VERHAAL

De taal van ‘Sermo Lupi ad Anglos’ is een volledig andere dan de moderne Engelse taal. De taal is een voorloper van het Engels; een taal die evenveel Oud Duitse, Oud Friese, Oud Noorse, Oud Nederlandse als moderne Engelse woorden heeft. Maar het is een taal op zich; een taal even uniek als het Latijn of het Gotisch. En daarom erg lastig om te kunnen lezen; onmogelijk om te lezen zonder diepgaande studie.
Het is aan te raden om een vertaling te lezen. Die zijn er heel veel; en er zijn heel goede vertalingen. De tekst is een preek over hel en verdoemenis: Wulfstan verwijt de Engelsen – die allemaal christenen zouden moeten zijn – dat ze zich niet houden aan de regels van het geloof, aan de geboden die ze uit de Bijbel hebben kunnen leren. Hij voorspelt dat dit het einde van de Engelse samenleving zal zijn; en dat is hun eigen schuld.
Maar tegelijk met een aanklacht tegen het ongeloof van zijn parochianen vertelt Wulfstan ook heel veel over het gedrag van Vikingen en Engelsen. Hij legt uit hoe beide groepen omgaan met elkaar, met mannen, met vrouwen, met kinderen, met bezit. En gelijk met de donderpreek krijgen wij – meer dan duizend jaar later – een goede inkijk in de samenleving van rond het jaar 1000.
Op basis van deze eigenschappen is ‘Sermo Lupi ad Anglos’ een boek met een literair niveau C 6e en een taal-(ERK-)niveau C2.


Schrijfstijl:

De prozatekst ‘Sermo Lupi ad Anglos’ is een preek van een belangrijke (aarts)bisschop: Wulfstan, de aartsbisschop van York, en de bisschop van Worcester en Londen. Hij las en schreef Latijn: de aanhef van de preek – ‘Sermo Lupi ad Anglos …’ = ‘De Preek van de Wolf aan de Engelsen’. Maar het bijzondere aan deze preek is dat hij verder volledig in het Oud Engels geschreven is. Waarschijnlijk werd de tekst door Wulfstan zelf geschreven. Uit de preek wordt duidelijk dat het een West Saksisch dialect is, een vorm van Oud Engels die veel gebruikt werd rond het jaar 1000.



^ Terug naar boven

Het boek - het verhaal

Actie:

‘Sermo Lupi ad Anglos’ is een verhaal zonder actie. De prozatekst is – in tegenstelling tot veel andere Oud Engelse teksten – een verhaal zonder literaire conventies, zoals alliteratie of andere verfraaiingen van de tekst, zoals dat meestal in het Oud Engels werd gedaan: het gaat de schrijver om het geven van duidelijke informatie. En dat alles in de moedertaal: het Old English.


Tijd:

De Oud Engelse tekst ‘Sermo Lupi ad Anglos’ beschrijft de tijd rond het jaar 1000. Angelen en Saksen waren al eeuwen de machtigste volkeren in Groot-Brittannië, samen met kleinere volken, zoals Friezen, Belgen, Kelten en Britten. Maar al meer dan vier eeuwen vielen Vikingen het eilandenrijk binnen; eerst in het noordoosten en later steeds verder naar het zuiden trekkend. Zij bleven in eerste instantie maar heel kort, maar later bleven veel Vikingen overwinteren (en werden uiteindelijk dus permanente inwoners van Groot-Brittannië). De noorderlingen werden vaak aangeduid als Vikingen, maar soms ook als Danes (Denen) of Norsemen (Noormannen).
Veel mensen vreesden het einde der tijden. Niet alleen vanwege de vele invallen van de Vikingen, maar ook vanwege dat geheimzinnige jaar 1000. Misschien zou de wereld wel vernietigd worden; door God of door ‘de gesel Gods’, de Viking. Wulfstan maakt van deze vrees gebruik door de mensen er in hun eigen taal op te wijzen dat ze goddeloos leefden. De aanvallen van de Vikingen zijn de straf voor normloos, ongelovig en zondig gedrag.


Plaats:

De setting van ‘Sermo Lupi ad Anglos’ is het Britse eilandenrijk. Het is waarschijnlijk dat Wulfstan het oosten van Engeland in gedachten had. Hij was weliswaar ook bisschop van Worcester (een stad in de buurt van Wales, gelegen ten zuiden van Birmingham), maar zijn voornaamste werkgebied was de stad York en het klooster van Ely in het oosten; later werkte hij ook in Londen. Londen was in die tijd nog niet echt de allerbelangrijkste stad van het land. York was in de Middeleeuwen een zeer oude en belangrijke stad; en van York was Wulfstan de aartsbisschop, de hoogste geestelijke van het land. Met het monniken van het klooster van Ely had hij ook veel gemeen: hij steunde het klooster op alle mogelijke manieren en hij bevorderde de kennis van de geestelijken en de kennisbasis van de bibliotheek daar. Als dank werd hij door de monniken van het klooster in Ely begraven.


Verhaallijn:

Er is één belangrijke verhaallijn in ‘Sermo Lupi ad Anglos’: hoe kunnen de verzwakte en goddeloze Engelsen weerstand bieden aan de overmacht van de wrede Vikingen? Het antwoord is voor Wulfstan duidelijk: door het geloof.


Verteller:

De prozatekst ‘Sermo Lupi ad Anglos’ heeft een ik-verteller die zichzelf slechts een enkele maal noemt, voornamelijk om te onderstrepen dat zijn woorden de waarheid zijn (‘… and it is true what I say.’). Hoewel de meeste Oud en Middel Engelse teksten geen auteur bij naam vermelden, is het zeer waarschijnlijk dat de aartsbisschop Wulfstan de schrijver van deze preek is.




^ Terug naar boven

Het boek - de karakters

Hoofdkarakters:

Het hoofdkarakter (of eigenlijk de verteller) in ‘Sermo Lupi ad Anglos’ is:
• Wulfstan: de bisschop van Worcester en Londen en de aartsbisschop van York (c.960-1023). Hij was een zeer belangrijke en geliefde geestelijke leider in het oosten van Engeland. Wulstan noemde zichzelf vaak in het Latijn ‘Lupus’; zijn naam was Wulf-stan = ‘wolf-stone’. Hij stierf in 1023 in de stad York, maar hij werd begraven bij het klooster van Ely (ten noordoosten van Londen). Maar in het bisdom Worcester – waarvan Wulfstan ook bisschop was – dacht men veel negatiever over hem; waarschijnlijk een gevolg van de rivaliteit tussen de religieuze centra in het westen van Engeland (Worcester ligt ten zuiden van de stad Birmingham) en die in het oosten (zoals York en Ely). Wulfstan leefde in een onzekere tijd: aanvallen van de Noormannen teisterden het Britse eilandenrijk. Hij schreef zijn ‘Sermo Lupi ad Anglos’ over deze dreiging. Door zijn geschriften was Wulfstan niet alleen een belangrijke Engelse geestelijke, maar ook een belangrijke politieke persoon (als één van de weinigen die schrijven kon …).


Bijfiguren:

De belangrijkste bijfiguren in ‘Sermo Lupi ad Anglos’  zijn:
• De ‘oorspronkelijke’ bewoners van het Britse eilandenrijk. Dat waren sinds een aantal eeuwen West Germaanse stammen, zoals Angelen, Saksen, Juten, Friezen en Belgen. Zij hadden de Romeinen mede verdreven uit Groot-Brittannië en de oudere volkeren op de eilanden – zoals Iberiërs, Britten en Kelten – naar de randen van het rijk gedreven: Ierland, Schotland, Wales, Cornwall, het eiland Man, de kleinere eilanden. Voor het gemak worden de West Germaanse stammen als Angelsaksen, of later als Engelsen, aangeduid;
• De Vikingen. Zij vielen het Britse eilandenrijk (en veel meer gebieden in Europa) al honderden jaren binnen; soms voor een paar dagen, soms gedurende een hele zomer, en later soms definitief. Hun invallen begonnen in het oosten en in het noorden van Groot-Brittannië, maar breidden zich in de loop der eeuwen uit naar alle richtingen van het eilandenrijk. Het woord ‘viking’ komt uit het Oud Noors en het heeft waarschijnlijk betrekking op ‘aanvallen’ en ‘terugtrekken’ (‘wijken’), maar misschien ook wel op ‘zeearm’ of ‘inham’ (‘wijk’; denk aan ‘Harderwijk’, ‘Wijk aan Zee’ en ‘Beverwijk’). Vikingen is een verzamelnaam voor Noren (‘Norsemen’), Zweden en – vooral – Denen (‘Danes’). Overigens waren de vroegere bezetters (van rond 400) voor een deel ook Denen: Angelen en Juten.





^ Terug naar boven

Het boek - verder


Film:

‘Sermo Lupi ad Anglos’ is niet verfilmd.


Overig:

De preek ‘Sermo Lupi ad Anglos’ is een godsdienstig werk, maar ook een historisch document. De geestelijke leider aartsbisschop Wulfstan wil zijn Engelse parochianen wijzen op het gevaar van de heidense, moordlustige en roofzuchtige Vikingen, maar hij waarschuwt hen ook voor hun wereldse en heidense gedrag. Door zich te gedragen als heidense Noormannen – niet de Bijbelse geboden volgend, zich misdragend tegenover vrouwen, kinderen en slaven, geld vererend, niet om de naaste denkend – maakt men zich schuldig aan datgene wat men juist die vijand verwijt. En de straf is duidelijk: dood en verderf door de hand van de Viking.



^ Terug naar boven

Auteur en Werken

Link naar pagina over auteur
-->Informatie over Anonymous.

Auteur:

Werken:


^ Terug naar boven

Meer

Leessuggesties:

Als je dit een mooi boek vond, zou je ook kunnen lezen:
The Dream of the Rood
Deor
The Anglo-Saxon Chronicle


Citaat:
And lo! How may greater shame befall men through the anger of God than often does us for our own sins? Although it happens that a slave escape from a lord and, leaving Christendom becomes a Viking, and after that it happens again that a hostile encounter takes place between thane and slave, if the slave kills the thane, he lies without wergild paid to any of his kinsmen; but if the thane kills the slave that he had previously owned, he must pay the price of a thane.
Full shameful laws and disgraceful tributes are common among us, through God’s anger, let him understand it who is able. And many misfortunes befall this nation time and again. Things have not prospered now for a long time neither at home nor abroad, but there has been destruction and hate in every district time and again, and the English have been entirely defeated for a long time now, and very truly disheartened through the anger of God.
And pirates are so strong through the consent of God, that often in battle one drives away ten, and two often drive away twenty, sometimes fewer and sometimes more, entirely on account of our sins.

Vragen over het boek:

1. Welke overtredingen tegen God en Zijn gebod begaan de Engelsen volgens Wulfstan? Noem in ieder geval een vijftal.
2. Waarom noemt Wulfstan de oude Britten (‘Britons’) in zijn preek?
3. Welke oplossing biedt Wulfstan zijn parochianen in hun strijd tegen de Vikingen?
4. Waarom staat dit werk bekend onder de naam ‘Sermo Lupi ad Anglos’?




^ Terug naar boven

Comments are closed.