Het begin
The man-apes of the veldt were none of these things, and they were not flourishing. Indeed, they were already far down the road to racial extinction. About fifty of them occupied a group of caves overlooking a small, parched valley, which was divided by a sluggish stream fed from snows in the mountains two hundred miles to the north. In bad times the stream vanished completely, and the tribe lived in the shadow of thirst.
It was always hungry, and now it was starving. When the first faint glow of dawn crept into the cave, Moon-Watcher saw that his father had died in the night. He did not know that the Old One was his father, for such a relationship was utterly beyond his understanding, but as he looked at the emaciated body he felt dim disquiet that was the ancestor of sadness.
The two babies were already whimpering for food, but became silent when Moon-Watcher snarled at them. One of the mothers, defending the infant she could not properly feed, gave him an angry growl in return; he lacked the energy even to cuff her for her presumption.
© Hutchinson Publishing Group / Arrow Books Limited, 1968
^ Terug naar boven
Algemeen
De astronaut David Bowman gaat met vier mederuimtereizigers op weg naar Saturnus, op zoek naar buitenaards leven. Mogelijk naar het buitenaards leven dat de eerste intelligentie bij de mens heeft bezorgd. Na jarenlang onderzoek hebben ruimtedeskundigen een vaartuig ontwikkeld dat jaren kan vliegen naar verre planeten. Ze hebben het mogelijk gemaakt dat inzittenden voor langere tijd in een soort winterslaap worden gehouden, zodat ze geen tijd verliezen met de lange reis. Het ruimtevaartuig, de ‘Discovery’, wordt bestuurd door David Bowman, door zijn collega Frank Poole en door de alles wetende en alles kunnende computer, ‘Hal’. De reis verloopt soepel en voorspoedig.
Totdat ze bij Saturnus aankomen. En het grootste gevaar blijkt niet van buiten het ruimteschip te komen, maar van binnenuit …
^ Terug naar boven
Boekinformatie
ERK Niveau:
B2Schrijver:
Arthur C. ClarkeJaar van uitgave:
1968Aantal pagina's:
224Tijd waarin het verhaal zich afspeelt:
Ergens in de toekomstPlaats van handeling:
De ruimteBijzonderheden:
Een science fictionroman in 6 getitelde delen en meerdere hoofdstukken. De delen zijn:I Primeval Night
II T.M.A.-I
III Between Planets
IV Abyss
V The Moons of Saturn
VI Through the Star Gate
In het Nederlands heet het boek ‘2001: Een zwerftocht in de ruimte’.
^ Terug naar boven
Het boek - onderwerp
IS HET BOEK VOOR JOU INTERESSANT?
Voor de liefhebbers van dit genre (science fiction / SF) is ‘2001: A Space Odyssey’ verplichte kost: het is een wereldberoemd verhaal over een angstaanjagende ruimtereis. Het thrillerelement zit hem niet in de mogelijke buitenaardse wezens, maar in de door de mens gemaakte computer. Arthur C. Clarke schrijft nooit zo maar een verhaaltje: er zit in elk verhaal – en zeker ook in deze roman – een wijze les voor de hoe langer hoe meer op wetenschap vertrouwende mens.
Het boek had een grote invloed op latere SF-schrijvers en –filmmakers. De roman is door de jaren heen minstens zo belangrijk gebleken als de spectaculaire film van Stanley Kubrick (en die was al een sensatie). Computers en computerprogramma’s lieten zich inspireren door de filosofie achter het verhaal; computerprogramma’s werden soms zelfs ‘Hal’ genoemd. En een tot dan toe onbekende popzanger, David Jones, die zich David Bowie noemde (naar David Bowman?) schreef een zeer succesvol lied: ‘A Space Oddity’.
WAT MOET JE WETEN?
Toen ‘2001: A Space Odyssey’ werd geschreven (in 1968) was er veel minder bekend over ruimtereizen dan nu. De eerste bemande maanvlucht had nog niet plaatsgevonden, bemande ruimtevaartuigen waren er nog nauwelijks geweest. Maar toch had Arthur C. Clarke wel degelijk zijn voorbeelden voor wat betreft het reizen in de ruimte: de klassieke verhalen van H.G. Wells en van Jules Verne waren wereldberoemd; ongetwijfeld kende hij ook de werken van latere SF-schrijvers zoals John Wyndham en Harry Harrison.
Hoewel het beschrijven van een ruimtereis dus niet nieuw was, was de uitwerking dat wel: het ruimtevaartuig wordt voornamelijk bestuurd door een (opper)machtige computer (robot?) en de reis gaat richting een zwart gat – een zeer mysterieuze plek …
^ Terug naar boven
Het boek - Moeilijkheid
DE TAAL
De woorden en de zinnen in ‘2001: A Space Odyssey’ zijn soms lastig te begrijpen. Dat is met name het geval, wanneer er verteld wordt over de ruimte en de ruimtevaart. Sommige fragmenten zijn nogal technisch. Daar komt bij dat er veel gespeculeerd en gefilosofeerd wordt; er is immers heel weinig bekend over ruimtereizen en over de meeste planeten.
De alinea’s zijn van een gemiddelde lengte. Er zijn heel veel hoofdstukken en veel – overzichtelijke – delen.
Wat het lezen ook lastig maakt, is het gebrek aan dialogen. Een groot deel van de reis legt Bowman alleen af; hij heeft dan ook weinig gesprekspartners …
DE TAAL EN HET VERHAAL
Wat taal betreft is ‘2001: A Space Odyssey’ regelmatig moeilijk te lezen. Het onderwerp is soms nogal specialistisch. Veel wordt er niet gesproken. Het is een ruimtereis waarin wel het een en ander gebeurt, maar zeer onverwachte gebeurtenissen zijn er lange tijd niet veel.
Het verhaal daarentegen is wel zeer boeiend. Iedere lezer zal zich afvragen of zoiets zou kunnen. Zijn er computers die zelf conclusies kunnen trekken en plannen kunnen maken? Zijn er wezens van andere planeten of zonnestelsels die ons – letterlijk – hebben geïnspireerd? En zo ja, waar zijn die wezens nu? Met andere woorden (om die andere David – David Bowie – te parafraseren): ‘Is there life on Jupiter?’
Op basis van deze eigenschappen is ‘2001: A Space Odyssey’ een boek met een literair niveau C 5c en een taal-(ERK-)niveau B2.
Schrijfstijl:
De science fictionroman ‘2001: A Space Odyssey’ is vooral belangrijk als filosofisch werk. Kan zoiets wel, zou zoiets mogelijk zijn? Als je die vragen belangrijk vindt, dan is dit een geweldige roman voor jou. Aan actualiteit heeft het verhaal weinig ingeboet, net als de beste verhalen van Jules Verne, H.G. Wells, Isaac Asimov en John Wyndham (om maar eens een aantal belangrijke SF-schrijvers te noemen).
^ Terug naar boven
Het boek - het verhaal
Actie:
‘2001: A Space Odyssey’ is een verhaal met weinig actie. Toch zorgt dit nergens voor een saai verhaal: er zit een ingehouden spanning in de roman, vanaf het allereerste begin. Als lezer vraag je je telkens af waarom er contact is gezocht met de mensachtige wezens en wat deze wezens met die menselijke intelligentie van plan zijn.
Tijd:
De science fictionroman ‘2001: A Space Odyssey’ speelt zich af ergens in de toekomst. De titel suggereert dat dit het jaar 2001 zou zijn, en dat had gekund: in 1968 was er sprake van dat er bemande ruimteschepen op weg zouden gaan naar de ruimte, naar de maan of naar andere satellieten, sterren of planeten. In de loop der jaren bleken veel van de voorspellingen uit het boek uit te komen: ruimtereizen, zelfdenkende robots en computers. Maar er bleven ook nog zo veel raadsels over (de zwarte gaten, bijvoorbeeld) dat Arthur C. Clarke zijn ‘space odyssey’ liet volgen door een drietal volgende delen.
Plaats:
De setting van ‘2001: A Space Odyssey’ is voornamelijk een ruimteschip dat zich door het heelal beweegt. De roman begint in de verre prehistorie, in een tijd dat mensachtige apen nog nauwelijks konden denken. Maar al snel verplaatst het toneel zich naar het ruimteschip waar David Bowman het bewind voert, al of niet geholpen door de supercomputer Hal.
Verhaallijn:
Er is één belangrijke verhaallijn in ‘2001: A Space Odyssey’: waarheen leidt de reis van Hal en Bowman?
Verteller:
De roman ‘2001: A Space Odyssey’ heeft een auctoriale verteller.
^ Terug naar boven
Het boek - de karakters
Hoofdkarakters:
De hoofdkarakters in ‘2001: A Space Odyssey’ zijn:
• David Bowman: een astronaut die in opdracht van de Amerikaanse overheid met het ruimtevaartuig de ‘Discovery’ op onderzoek uit is naar buitenaards (‘extra-terrestrial’) leven;
• Hal (volledige naam: Heuristically programmed ALgorithmic computer): de supercomputer op het ruimtevaartuig ‘Discovery’ die alles weet en vrijwel alles kan.
Bijfiguren:
De belangrijkste bijfiguren in ‘2001: A Space Odyssey’ zijn:
• Prehistorische mensachtige apen, van wie de ‘Moon-Watcher’ de belangrijkste is;
• Professor Dr. Heywood Floyd: een astronaut met veel ruimtereiservaring; tegenwoordig werkt hij in dienst van de Amerikaanse overheid om onopgehelderde zaken – die met ruimtevaart te maken hebben – te onderzoeken;
• Dr. Roy Michaels, Chief Scientist: een geofysicus die op de maan onderzoek doet;
• Dr. Ralph Halvorsen: het hoofd van de Southern Province van de maan;
• Frank Poole: een astronaut die op een ruimtereis maakt, samen met David Bowman.
^ Terug naar boven
Het boek - verder
Film:
De roman ‘2001: A Space Odyssey’ is in 1968 met veel succes verfilmd door de beroemde Brits-Amerikaanse regisseur Stanley Kubrick.
Overig:
De science fictionroman ‘2001: A Space Odyssey’ ontstond uit een gezamenlijk idee van Clarke en de filmregisseur Stanley Kubrick. Zij gebruikten een verhaal van Clarke voor het script – ‘The Sentinel’ uit 1948 – en besloten de roman te schrijven voordat ze aan het script zouden beginnen. Toch werd er veel gelijktijdig geschreven; de film kwam zelfs een paar maanden eerder uit dan het boek.
^ Terug naar boven
Auteur en Werken
Link naar pagina over auteur
-->Informatie over Arthur C. Clarke.^ Terug naar boven
Meer
Leessuggesties:
Als je dit een mooi boek vond, zou je ook kunnen lezen:
• ‘The First Men in the Moon’ van H.G. Wells
• The Hitchhiker’s Guide to the Galaxy van Douglas Adams
• ‘The Tommyknockers’ van Stephen King
Citaat:
Directly opposite him was one of the fish-eye lenses, scattered at strategic points throughout the ship, which provided Hal with his on-board visual inputs. Bowman stared at it as if he had never seen it before; then he rose slowly to his feet and walked towards the lens.His movement in the field of view must have triggered something in the unfathomable mind that was now ruling over the ship; for suddenly, Hal spoke.
‘Too bad about Frank, isn’t it?’
‘Yes,’ Bowman answered, after a long pause. ‘It is.’ (p.144)
Vragen over het boek:
1. Wat is het belang van deel I, ‘Primeval Night’, voor het verhaal?
2. Wat is het belang van deel II, ‘T.M.A.-I’, voor het verhaal?
3. Wat is de reden (Wat zijn de redenen) dat Hal probeert de ruimtereis te saboteren?
4. In welk opzicht heeft dit verhaal een positieve afloop?
^ Terug naar boven
Comments are closed.