Een vader maakt met zijn zoon een reis door het noorden van de USA. Onderweg wordt duidelijk dat er in de loop van het leven van de vader van alles en nog wat lijkt te zijn misgegaan.
Een man herinnert zich zijn familie. En met name zijn briljante broer, een man die op zijn eenendertigste zelfmoord pleegde.
Als de Goldens, een vader en drie zoons, in een groot huis in Greenwich Village komen wonen, lijkt dit de zoveelste ultrarijke familie in Manhattan te zijn die het gemaakt heeft. Maar langzaamaan voltrekt zich een drama in The Golden House: een drama dat ieder lid van de familie zalraken …
Een man begint een verhaal te schrijven over een man die van huis weggaat om een nieuw leven te beginnen. Wel een beetje raar, maar niet echt raadselachtig. Wat het allemaal wel heel eigenaardig maakt, is dat de man uit het verhaal in contact komt met karakters uit de kennissenkring van de schrijver …
Seňor C is een schrijver op leeftijd die complexe boeken schrijft. Hij ontmoet in zijn appartementengebouw op zekere dag een heel mooie jonge vrouw. Hij vraagt haar of ze zijn persoonlijke secretaresse wil worden: manuscripten uittypen, aantekeningen ordenen; dat soort zaken. En dat gaat ze doen. Langzamerhand komen zij en haar man erachter dat Seňor C meer van haar wil.