The air was clogged with heat. Through open windows streamed the dusty sunlight of another city afternoon. An undercurrent of fretfulness rippled round the room. The children were irritable and niggly and Mrs Henrey couldn’t stand them in the classroom any longer. Class 8 were going to the park for the last hour, to play rounders.
Only two of the twenty-four children didn’t want to go, and one of those two was Nathan Browne, sitting at the front. Nathan looked like an ill-natured goblin. A small, black boy, glaring at the world through thick-lensed glasses, and hating most of what he saw. Nathan had no friends. He sidled out of his seat now, and put his request. ‘Please Mrs Henrey, can I stay behind?’
‘No, Nathan, you can’t,’ Mrs Henrey snapped. ‘We’re all going.’
‘I could stay in Mr Abbott’s class,’ he suggested.
‘No, Nathan. Last time you stayed with Mr Abbott you picked a fight with two of his boys.’
‘I didn’t! it was them. Can I stay then?’
‘NO!’
Recognizing defeat, Nathan slunk back to his seat. He regarded Mrs Henrey with scowling dislike. She looked, he thought, rather like a lady pig, with her small round eyes, fat cheeks and pushed-up mouth. She had a mole near her chin with a few piggy hairs growing out of it. Nathan imagined Mrs Henrey snorting round a farmyard with a lot of other lady pigs, and the thought made him feel better. He made a face at her back, and that made him feel better still.
Julia Winter, also sitting at the front of the class, saw the face and called out, pleased to be the supplier of important information. ‘Mrs Henrey, Nathan made a face at you!’

© Random House / Red Fox Books, 1987/1993.

Nathan Browne is een lastig ventje. Hij wordt gepest met zijn brilletje (zonder dat ding ziet hij niks), hij heeft geen vrienden (en die wil hij ook niet) en hij vecht vaak met leerlingen (altijd beginnen die anderen met vechten …).
Julia Winter zit net als Nathan ook in de hoogste klas van het basisonderwijs. Ze heeft geen vriendinnen (die wil ze wel), ze vindt zichzelf niet knap of aantrekkelijk (en dat is ze misschien ook niet) en ze hoopt dat de onderwijzeres haar aardig zal vinden (maar dat is niet zo …).
En toch komen die Julia en Nathan met elkaar in contact – zonder dat ze elkaar aardig vinden. Nathan vindt namelijk een leeg huis waar hij soms schuilen kan – en Julia vindt in dat zelfde huis heel veel geld. Echt, héél veel geld …
Dus besluiten die twee weg te lopen. Weg van de straffen die ze op school zullen krijgen, weg van huis waar ze ook straf zullen krijgen. Weg uit Londen, waar niemand aardig voor hen is.
En dus gaan ze op reis. Naar de zee bij de stad Brighton. En nog later naar de vrije natuur van zuidwest Engeland. En dat alles om vrij te zijn van iedereen die hen niet aardig vindt. Maar of dat lukt …?

ERK Niveau:

A2

Schrijver:

Ruth Thomas

Jaar van uitgave:

1987

Aantal pagina's:

252

Tijd waarin het verhaal zich afspeelt:

1980-1990

Plaats van handeling:

GB, meerdere plaatsen

Bijzonderheden:

Een jeugdroman in 18 getitelde hoofdstukken.

IS HET BOEK VOOR JOU INTERESSANT?

De jeugdroman ‘The Runaways’ gaat over twee vervelende kinderen. Vervelend omdat ze niemand aardig vinden. Maar misschien ook wel vervelend, omdat niemand hen aardig vindt. Eigenlijk zijn het twee pestkinderen die pesten omdat ze zelf zo vaak gepest zijn.
En dus nemen die kinderen het heft zelf in handen. Ze gaan op reis: ver van hun ouders, ver van hun school en hun klasgenoten. Of dat verstandig is moet nog blijken.

WAT MOET JE WETEN?

‘The Runaways’ gaat over steden en over het platteland. Het verhaal begint in het grote Londen waar de kinderen wonen. Maar al snel gaan ze naar de kust, naar de badplaats Brighton. En weer later komen ze in het vrije, maar onherbergzame Devon terecht, waar je alleen maar wat schapen en veel heide ziet. Daarmee geeft de roman een mooi beeld van een reis door zuid-Engeland.

DE TAAL

De taal van ‘The Runaways’ is niet echt moeilijk. De alinea’s en de hoofdstukken zijn van een gemiddelde lengte.
Wel is het opvallend dat de beide kinderen niet goed Engels spreken. Ze gebruiken dubbele ontkenningen (‘I ain’t got no food’) en ze weten soms niet wat een woord betekent. Ook valt op dat Julia bijna niet kan lezen – terwijl ze dat wel graag wil.

DE TAAL EN HET VERHAAL

Qua taal is de jeugdroman zeker niet moeilijk.
Dat geldt zeker ook voor het verhaal zelf. Het is een spannend, ontroerend en soms grappig verhaal over twee kinderen die weinig kunnen maar die heel veel durven. En dat allemaal terwijl ze nog maar elf jaar oud zijn …
Op basis van deze eigenschappen is ‘The Runaways’ een boek met een literair niveau A 2c en een taal-(ERK-)niveau A2.

Schrijfstijl:

Het verhaal is spannend en vaak grappig geschreven. Opvallend is het dat de schrijfster nooit sentimenteel wordt over deze kinderen – terwijl ze toch helemaal niet zo’n leuk leven hebben.

Actie:

‘The Runaways’ bevat een verhaal met heel veel actie.

Tijd:

De gebeurtenissen in de roman spelen zich af in de jaren 1980-1990.

Plaats:

De setting van ‘The Runaways’ is meerdere plaatsen in Engeland: Londen (waar Julia en Nathan wonen), Brighton (de bekende badplaats ten zuiden van Londen) en het graafschap Devon (een gebied met weinig bewoners en veel natuur).

Verhaallijn:

Er is één belangrijke verhaallijn in ‘The Runaways’: zal het Julia en Nathan lukken om uit de handen van de politie te blijven?

Verteller:

De roman heeft een alwetende verteller.

Hoofdkarakters:

De hoofdkarakters in ‘The Runaways’ zijn:
• Julia Winter (11): een onpopulair meisje dat veel klikt, veel met de juf slijmt en heel slecht in lezen is. Daar komt nog bij dat ze weinig geld, weinig kleren en weinig spullen heeft. En ze ziet er niet echt aardig uit …;
• Nathan Browne (11): de klasgenoot van Julie, een donkere jongen. Nathan is dik, hij draagt een sullig brilletje en hij is vaak heel brutaal. Hij vecht veel en interesseert zich voor niemand – alleen voor zichzelf …

Bijfiguren:

De belangrijkste bijfiguren in ‘The Runaways’ zijn:
In Londen:
• Mrs Winter: de Moeder van Julie. Zij is niet zo’n aardige vrouw en ze heeft meer aandacht voor haar nieuwe vriend Vince dan voor haar dochter;
• Mr Browne: de vader van Nathan. Een strenge man die zijn gezin met harde hand bestuurt;
• Docenten van Julia en Nathan: Mrs Henrey, Mr Abbott, Mr Barlow (headmaster), Mrs Peters (Welfare Assistant), Miss Payton, Miss Phillips;
• Klasgenoten van Julia en Nathan: Denise, Sharon, Sanjay, Paul, Jennifer, Wayne, Pauline;
• Mrs McCarthy: een buurvrouw van Julie.
In Brighton:
• Een dame op het strand met haar zoontje (Oliver);
• Mrs Parsons: een vriendelijke oude dame die kamers verhuurt;
• Mr en Mrs Nobody: een vervelend echtpaar dat een kamer huurt;
• A fat man and a fat woman: twee bezoekers van een amusement hall, samen met hun zoon Stuart;
• Politiemensen.
In Devon:
• Een echtpaar dat met de caravan op vakantie gaat, een nieuwsgierige dame, een winkelbediende, Elizabeth (een boerendochter), autobestuurders;
• Politiemensen.

Website:

https://www.fantasticfiction.com/t/ruth-thomas/runaways.htm

Film:

‘The Runaways’ is niet verfilmd.

Overig:

‘The Runaways’ won in 1988 een belangrijke prijs voor jeugdliteratuur: ‘The Guardian Children’s Fiction Award’.

Link naar pagina over auteur

-->Informatie over Ruth Thomas.

Leessuggesties:

Als je dit een mooi boek vond, zou je ook kunnen lezen:
• The Grim Grotto (A Series of Unfortunate Events, Book XI) van Lemony Snicket
• Noah Barleywater Runs Away van John Boyne
• Broken Wings van James Roy

Citaat:

‘When will you help me?’ said Nathan, still not trusting her.
‘Well, not this evening. Unless you’ve got a puncture outfit here. Have you?’
‘No.’
‘I’ll have to bring mine then. I’ll come over after breakfast. All right?’
‘You won’t tell no one we’re here,’ implored Julia.
‘Certainly not. We runaways have to stick together. See you in the morning.’ (p.172)

Vragen over het boek:

1. Hoe probeert Julia om populair te worden in haar klas?
2. Waarom wil Nathan beslist weglopen?
3. Waarom gaan Julia en Nathan uit Brighton weg?
4. Waarom willen Julia en Nathan naar Exmoor vluchten?