Een arm, mishandeld en gepest meisje schrijft brieven aan God. Over haar moeder, haar stiefvader, haar zusje, haar (oude) echtgenoot. En het lijkt allemaal ellende in haar leven te zijn. Totdat ze kennismaakt met de minnares van haar echtgenoot …
De kasteleinsdochter Polly Perks probeert haar broer te vinden. Die heeft zich aangemeld als soldaat in het leger en sindsdien heeft niemand meer iets van hem vernomen. Polly gaat vermomd als – mannelijke – soldaat. Gelukkig – maar ook vreemd genoeg – zijn er meerdere rekruten die niet zijn wie ze lijken te zijn …
Antoinette heeft een vrij zorgeloze jeugd bij haar moeder en haar stiefvader. Maar wanneer die vader overlijdt, worden Antoinette en haar moeder met de nek aangekeken door de zwarte bewoners van het Caribische eiland waar ze wonen. De redding voor Antoinette zou kunnen komen van een Engelse edelman, Mr Rochester. Maar is dat wel zo?
De eerste eeuwen van de Verenigde Staten zijn een zware tijd voor de nieuwe en de oude bewoners. De Afro-Amerikanen en de Native Indians hebben het moeilijker dan de Europese, blanke kolonisten. En wanneer deze Afro-Amerikanen en Native Indians bovendien ook nog vrouw zijn, is het leven pas echt zwaar.
Op haar vijftiende wordt Mariam door haar vader uitgehuwelijkt, omdat zijn drie vrouwen geen onderdak willen geven aan het 'bastaard'kind van hun man, na de dood van Mariam’s moeder. Ze wordt de vrouw van de 45-jarige weduwnaar Rasheed in Kabul. Bij hen in de straat woont ook Laila. Laila leidt een gelukkig leven met haar ouders en met haar buurjongetje Tariq. Totdat er allerlei oorlogen uitbreken …
Als Janie Crawford uitgehuwelijkt wordt aan een oude boer, lijkt haar meisjesleven voorbij. Gelukkig ontmoet ze na een tijdje de charmante Joe Starks. Met hem sticht ze een dorp alleen voor zwarte mensen. Een goede tijd breekt aan. Maar dan komt de werkloze muzikant Tea Cake langs: jong en vol complimenten voor Janie. Misschien is er meer avontuur bij hem te vinden …