Twee broertjes en twee zusjes worden na de dood van hun vader door hun moeder naar hun oma en opa gebracht die in een enorm landhuis wonen. Leuk, zou je kunnen zeggen. Maar niets is minder waar …
Als een jongeman in Jefferson de geschiedenis van het geslacht Sutpen hoort, merkt hij dat dit een verhaal over moord en doodslag is geworden …
De blanke bevolking van een zuidelijk stadje raakt in rep en roer wanneer er een brand uitbreekt die veroorzaakt lijkt te zijn door ‘foreigners’.
Na de dood van haar moeder gaat Mary bij haar getrouwde tante wonen. Maar dat is misschien niet een verstandig idee: de tante is heel labiel en haar man is een regelrechte bruut. Mary komt dan ook al heel snel in aanraking met smokkelaars, dronkenlappen, strandjutters en … moordenaars.